In de jongste provincie van ons land krijg je als ondernemer alle ruimte om te groeien. Om je dromen na te jagen. Op de bodem van de voormalige Zuiderzee barst het van de ondernemerszin. Flevoland is duidelijk anders. Dat zie je en dat voel je.
Rust, ruimte en afwisseling in de landbouw. Die combinatie vormt het fundament van Bio Brass. Dit Flevolandse bedrijf teelt op circa 250 hectare grond specifieke gewassen in een geheel van zo’n 2000 hectare, verdeeld over Almere, Dronten, Lelystad en Zeewolde. “We verbouwen van alles. Van sla en boontjes tot bieten, bloemkool en pastinaak. Al onze groenten zijn ingedeeld in zeven groepen en mogen maar eens in de zeven jaar op hetzelfde stukje grond worden geteeld. Door de gewassen te roteren, voorkomen we uitputting van de bodem”, aldus managing director en mede-eigenaar Gerjan Snippe.
De vier eigenaren van Bio Brass hebben allemaal hun eigen specialiteit in de gewasrotatie. Snippe weet bijvoorbeeld alles van bloemkool, broccoli en slasoorten en de bijbehorende afzetmarkten. “We vullen elkaar perfect aan”, zegt Snippe enthousiast. “Samen maken we de biologische teelten efficiënter en beter beschikbaar voor klanten dan we individueel zouden doen”.
Al sinds 2007 groeit en bloeit Bio Brass in de polder. “Flevoland heeft zeer goede landbouwgrond”, vertelt Snippe. “Op de bodem van de Zuiderzee hebben zich duizenden jaren lang vruchtbaar slib en organische stoffen afgezet. Daar profiteren we nu nog steeds van. Dankzij de verschillende grondsoorten die Flevoland rijk is, kun je zowel vroeg als laat in het seizoen oogsten. En de wind, die bijna altijd aanwezig is, zorgt ervoor dat plantenziektes minder kans krijgen.”
Bio Brass wisselt rustgewassen en energievragende gewassen elk jaar af. “Rustgewassen als grasklaver en erwtjes halen stikstof uit de lucht en leggen die vast in de bodem”, legt Snippe uit. “Daardoor wordt de grond lekker vruchtbaar. Zo bereiden we de akkers voor op groentesoorten die veel energie van de bodem vragen, zoals bloemkool, broccoli, bieten en aardappelen. Ook wisselen we af tussen groenten die boven en onder de grond groeien. Na zeven jaar begint de cyclus opnieuw.”
Het grote voordeel van deze manier van telen is dat Bio Brass geen kunstmest en andere chemische middelen nodig heeft. Snippe: “Daardoor wordt het milieu minder belast en komt het bedrijf tegemoet aan de wensen van de consument. Want we willen allemaal goed en lekker eten, met behoud van een mooie leefomgeving.
Snippe is erg te spreken over de positieve en coöperatieve houding van de gemeenten in Flevoland. Toen Bio Brass het plan opvatte om dicht bij de boerderijen en akkers huisvesting voor medewerkers te bouwen, konden ze rekenen op de steun van de gemeente Zeewolde. “Je merkt dat hier mensen wonen met een ondernemersgeest. Ze staan open voor nieuwe ideeën en een andere aanpak. Flevoland denkt echt mee met ondernemers.”
Door de klimaatverandering wordt het steeds moeilijker om groenten te verbouwen. Toch heeft Snippe vertrouwen in de toekomst. “Klimaatverandering kunnen we niet voorkomen op korte termijn. Maar we kunnen wél goed voor onze landbouwgrond zorgen, zodat die beter bestand is tegen droogte en wateroverlast. Bij biologisch telen is dit de basis. Het zou mooi zijn als meer boeren dat in hun bedrijf kunnen toepassen. Als we als maatschappij landbouwgrond vrij kopen en daarmee de financiële grondlasten van boeren verlagen, kunnen zij zich nóg meer door hun hart laten leiden bij de keuze van gewassen. Als zij telen wat het beste is voor de grond, kunnen de komende generaties ook nog genieten van smaakvolle groenten.”